Het blijkt erg ingewikkeld te liggen. De Dikke Van Dale, het Groot Woordenboek der Nederlandse Taal, komt er ook niet uit: het meldt dertien definities van 'volk (het)'. En als iemand als Geert Wilders het over 'het volk' heeft dan bedoelt hij echt iets anders dan wat volkszangeres Marianne Weber bedoelt. Classicus Piet Gerbrandy en hoogleraar Europese etnologie Peter Jan Margry geven hun definities in Algemeen Dagblad van 10 december.

Classicus Piet Gerbrandy over het volk bij de Grieken

'In het oude Athene was het erg duidelijk. Het volk, "demos", dat waren de Atheners. En een Athener was je als je vrijgeboren was, van het mannelijk geslacht en ouder dan achttien. Vrouwen en slaven vielen dus buiten de boot. Ook niet-Atheners hoorden niet bij de maatschappij. Die mensen werden "barbaroi" genoemd, degenen die brabbelen. Pas na Alexander de Grote werd Athene kosmopolitischer, er kwam meer beweging tussen de staten, waardoor een vreemdeling gewoner werd.'

Etnoloog Peter Jan Margry wil het woord niet meer gebruiken

'Grappig dat u hierover belt. Ons vakgebied heette vroeger volkskunde, maar dat is veranderd in etnologie, omdat "volk" een negatieve klank heeft gekregen. Tot in de jaren 60 hadden we het over boeren en vissers in afgesloten gemeenschappen, dat was het authentieke volk. Maar nu wordt er vaak de onderkant van de samenleving mee bedoeld. Daar nemen wij afstand van. Ook is "het volk" vaak "de ander", en dat is dan altijd negatief. Ook niet goed. Wat ons betreft is het volk een verzameling van alle deelnemers aan een samenleving, of dat nu een land is of een kleinere gemeenschap.'